Vulkanen, helderblauwe meren, watervallen en goudgele stranden zijn allemaal terug te vinden in de nationale parken van Nieuw-Zeeland. Met meer dan 29.000 km2 aan nationale parken, is Nieuw-Zeeland een land vol natuurschoon. Wil je ook het gevarieerde landschap van Nieuw-Zeeland ontdekken? Om je te helpen hebben wij drie nationale parken op een rijtje gezet, die je niet mag missen!
Het Tongariro National Park
Het Tongariro National Park is het oudste nationale park van Nieuw-Zeeland en ligt midden op het Noordereiland. De enorme verscheidenheid aan landschappen is te danken aan de drie actieve vulkanen, Tongariro, Ruapehu en Ngauruhoe, die het nationale park heeft. In het westen liggen weelderige bossen, terwijl het in het oosten een stuk droger is. In het noorden van het park vind je de Ketetahi Hot Springs, borrelende bronnen en modderpoelen. Kun jij het aan om op een dag 17 km te lopen? Dan is de Tongariro Crossing de ideale wandeling voor jou. Met de Tongariro Crossing loop je binnen en dag door het spectaculaire vulkaanlandschap.
Mijn tip: houd je van skiën of snowboarden? In de winter is het park omgetoverd tot een geweldige wintersport locatie! Het Whakapapa Ski Field, het grootste skigebied van Nieuw-Zeeland, en Turoa Ski Area zijn de bekendste skigebieden in het park.
Het Fiordland National Park
Het Fiordland National Park, wat terug te vinden is op de Wereldergoedlijst van UNESCO, is met zijn 12.500 km2 het grootste natuurpark van Nieuw-Zeeland. Het nationale park ligt in het zuidwesten van het Zuidereiland. Dat dit nationale park opgenomen is op de Werelderfgoedlijst is niet voor niets. Je kunt je vergapen aan indrukwekkende fjorden, gigantische watervallen en bergen. Wandelschoenen en een fototoestel mag je zeker niet vergeten als je een bezoek brengt aan dit park. Korte en lange wandelingen door het park zijn mogelijk. Misschien spot je nog pinguïns, dolfijnen of zeehonden, de stille wateren zijn namelijk een perfecte leefomgeving voor deze dieren!